Helpen…of dienen?

Jij gaat deze zomer op ‘diaconale’ werkvakantie. Wat betekent dat eigenlijk? Heb je daar voor jezelf een beeld bij? Waarschijnlijk wil je graag andere mensen helpen. Of je wilt weleens een heel ander land en een andere cultuur zien en ervaren. Je bent klaar voor een avontuur. En ‘diaconaal’ betekent toch zoiets als mensen helpen die het moeilijk hebben?

Diaconaat
Het woord diaken/diaconaal komt van het Griekse woord diakonos (διακονος), dat dienaar betekent.

Bedenk eens wat voor jou het woord dienstbaarheid betekent. Misschien komen termen als helpen, ondersteunen, het belang van de ander voor ogen hebben en beschikbaar zijn in je op. En waar denk je aan bij het woord diaconaat? Collecte, zending, ondersteuning van hulpbehoevenden en alleenstaanden?[1]

Gek hè, dat je zulke verschillende dingen bedenkt bij de twee woorden, terwijl diaconaat en dienstbaarheid alles met elkaar te maken hebben: diaconaat betekent eigenlijk ‘zich dienstbaar opstellen’. Dat is dus niet alleen een ambt, maar een taak voor iedere gelovige. Jij gaat diaconaal bezig zijn tijdens de werkvakantie in Oost-Europa. Je zou kunnen zeggen dat je op ‘dienstbare’ werkvakantie gaat.

Helpen of dienen
Zoals als in de inleiding staat geschreven, heb je je misschien opgegeven voor deze reis omdat je graag anderen wilt gaan helpen. En dat is natuurlijk mooi en goed. Oog hebben voor de naaste, iets voor een ander doen: allemaal prachtige zaken.

Helpen kan je een goed gevoel geven. Het kan je zelfs een beetje trots maken: ‘Kijk eens wat wij hebben gebouwd, wat wij voor die gemeente hebben gedaan.’ Ik overdrijf een beetje: ‘Wat zouden die arme mensen zonder ons moeten beginnen?’ ‘Laten we hen eens gaan vertellen hoe wij dat doen in Nederland, want dat is de beste manier.’ En zo kan een soort ‘beter voelen dan’ ontstaan. Is dat dienstbaarheid?

Dienen heeft iets nederigs in zich. Een betekenis van dienen is ook ‘aanbidden’. En natuurlijk aanbidden we geen mensen, maar het geeft wel aan dat er een subtiel verschil kan zijn tussen helpen en dienen. Dienen heeft iets met ‘eren’ te maken; het eren van andere mensen, hen eerbiedigen en hoogachten.[2] En dat kan nooit vanuit de hoogte gebeuren.

Ons grote Voorbeeld
“Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen  om gediend te worden, maar om te dienen, en  Zijn ziel te geven als losprijs voor velen.” (Markus 10:45) Als wij Jezus na willen volgen, als ons grote Voorbeeld, dan mag dat onze houding zijn. Een houding van dienstbaarheid, van het eren en hoogachten van anderen. Zoals Paulus het ook zegt in de brief aan de Filippenzen: “Doe niets uit eigenbelang of eigendunk,  maar laat in nederigheid de een de ander voortreffelijker achten dan zichzelf. Laat eenieder niet alleen oog hebben voor wat van hemzelf is, maar laat eenieder ook oog hebben voor wat van anderen is.” (Fil. 2:3-4) Laten we elkaar daaraan herinneren.
Ik sluit af met een uitspraak van Jurjen ten Brinke, voorganger in Amsterdam-Noord, in een artikel over het omgaan met vluchtelingen:

“Toch wordt het tijd dat kerken uit de sfeer van het helpen komen. Als wij die omslag maken, ontstaat er een andere dynamiek. Voor je staat geen arme sloeber, maar een mens, een schepsel van God, die je tot z’n doel mag laten komen. Jezus kwam niet om te helpen, maar om te dienen”[3]

[1] http://www.michanederland.nl/wp-content/uploads/2012/06/micha_basic-module_Dienstbare_levensstijl_en_de_naaste.pdf

[2] www.mijnwoordenboek.nl

[3] Jurjen ten Brinke op CIP, https://cip.nl/60363-we-moeten-vluchtelingen-niet-helpen-maar-dienen